Wat zegt het missaal?
In de avonduren wordt op een geschikt tijdstip de eucharistie van Witte Donderdag ter herdenking van het laatste avondmaal gevierd met volledige deelneming van de gehele plaatselijke kerkgemeenschap; alle priesters en assistenten vervullen hierbij de hun toekomende functie.
De heilige communie mag alleen tijdens de eucharistieviering worden uitgereikt, maar aan zieken kan de heilige communie op alle uren van de dag worden gebracht.
Het tabernakel dient geheel leeg te zijn; voor al degenen die vandaag en morgen te communie zullen gaan wordt het brood in deze eucharistieviering in voldoende hoeveelheid geconsacreerd.
Wat betekent Witte Donderdag?
Witte Donderdag is de donderdag voor Pasen. Christenen gedenken op die dag dat Jezus op de avond vóór zijn lijden (Goede vrijdag) met zijn leerlingen aan tafel ging voor het Laatste Avondmaal. Daar waste Hij de voeten van de leerlingen, brak Hij het brood en deed de beker rondgaan. Voor katholieken betekent dit de instelling van het sacrament van de eucharistie. Jezus spreekt daarbij de woorden uit die in elke eucharistieviering klinken.
Tijdens de maaltijd nam Jezus een brood, sprak de zegenbede uit, brak het, gaf het aan zijn leerlingen en zei: ‘Neem en eet, dit is mijn lichaam.’ Ook nam Hij een beker, sprak het dankgebed uit en gaf hun die met de woorden: ‘Drink er allen uit, want dit is mijn bloed van het verbond, dat voor velen wordt vergoten tot vergeving van zonden.’ (Matteüs 26,26-28).
De naam Witte Donderdag komt van het gebruik om het kruisbeeld in de kerk met een wit kleed te bedekken.
De evangelisten Matteüs (26,17-75), Marcus (14,12-72) en Lucas (22,7-64) vertellen dat Jezus met zijn leerlingen de maaltijd deelt aan de vooravond van het joodse paasfeest. Het wordt zijn Laatste Avondmaal, want vanavond zal één van zijn leerlingen hem verraden en begint zijn lijdensverhaal. De joden gedenken de bevrijding uit de slavernij door Mozes en het begin van een lange doortocht door de woestijn. Iets gelijks staat Jezus te wachten: een zware doortocht. En die zal verlossing brengen voor al wie zijn weg van liefde wil volgen.
Tijdens het Laatste Avondmaal deelt Jezus met zijn leerlingen ongedesemd Pesachbrood. De symboliek van het joodse Pesach en het paaslam, teken van het eerste verbond, betrekt hij op zichzelf:
‘Neem en eet, dit is mijn lichaam.’ Ook nam Hij een beker, sprak het dankgebed uit en gaf hun die met de woorden: ‘Drink er allen uit, want dit is mijn bloed van het verbond, voor velen uitgeschonken tot vergeving van zonden.’ (Mt 26, 26-28)
Jezus vraagt zijn leerlingen de maaltijd te blijven herhalen tot zijn wederkomst. Bij Johannes (13,1-27) vernemen we dat Jezus eerst de voeten van zijn leerlingen waste. Jezus dringt aan op het beleven van deze les in nederigheid. We krijgen ook een uitgebreid verslag van Jezus’ eenzame gebed op de Olijfberg.
Een ander belangrijk element in alle evangelies is het verraad van Judas (die zorgt voor de uitlevering van Jezus aan de Romeinse soldaten) en dat van Petrus, die stellig beweert dat hij Jezus nooit in de steek zal laten, maar enkele uren later zijn eigen hachje redt.
Het tabernakel is bij het begin van de avondmis op Witte Donderdag volledig leeg. Daarom is ook de godslamp gedoofd. Dat zal zo blijven tot aan de paaswake. Tijdens het Gloria luiden de klokken en altaarbellen nog even op volle kracht. Daarna blijven ze stil tot Pasen.
Na de evangelielezing wast de priester de voeten van 12 gelovigen. Zij symboliseren de apostelen. Toen Jezus zijn apostelen de voeten waste, vroeg hij hun om hem na te volgen in dienstbaarheid en nederigheid.
Dan komt de dienst van de tafel, die nog meer dan anders het Laatste Avondmaal in herinnering brengt, de instelling van de eucharistie. Na de communie worden overgebleven hosties – het lichaam van Christus – in een ciborie naar een zijaltaar gebracht, dus niet naar het tabernakel zoals gewoonlijk.
Op het einde van de viering is er deze keer geen wegzending, geen zegen, geen slotlied. Vanaf nu overheerst doodse stilte. Wie wil, kan nog in de kerk blijven om bij de ciborie te bidden en te waken, als het ware bij Jezus op de Olijfberg. Tot op Goede Vrijdag worden na de mis alle kruisbeelden uit het kerkgebouw verwijderd of bedekt.
De christelijke God is geen overheersende tiran die de mens klein maakt en knecht. Hij maakt zich klein om de mens te dienen. Hij wil dat wij ten volle leven en is bereid om zijn leven daarvoor te geven. Zodat wij met zijn hulp heel kunnen worden en één in vriendschap met God.
Als de eucharistie soms abstract of repetitief lijkt, mediteer dan eens over de grenzeloze intimiteit waarmee God door Jezus Christus bij ons aanwezig wil zijn. Hij wil in ons zijn. Hij wil het voedsel van onze cellen zijn. Het onzichtbare leven dat ons elke dag voortstuwt. Het diepste en meest intieme van ons, daar vinden we Gods gelaat.
De eucharistie is geen symbool of formaliteit. Het is werkelijk Christus Zélf: bron van leven, toen en nu. God wordt het nooit moe om het verbond met mensen te zoeken. Hoe vaak de mensen Hem ook afwijzen, Hij blijft aandringen met zijn liefde.
Als God zelf onze voeten wast, het werk van een slaaf, dan mogen we dat ervaren als een dringende oproep om zelf ook dienend te leven. In alle nederigheid. Dat wil niet zeggen dat we ons moeten beknotten of klein moeten houden. Wij mogen de ander dienen met alles wat we in ons hebben. Al onze vaardigheden en vermogens mogen inzetten om het leven rondom ons te bevorderen, is dat geen schoon en gelukkig leven?
In de gebaren van Jezus op Witte Donderdag klinkt al iets door van zijn offer op Goede Vrijdag. De liefdevolle intimiteit waarmee Jezus zijn leerlingen tijdens het Laatste Avondmaal omringt, wordt maar amper door de leerlingen begrepen. Het is te veel of te vreemd. Ook wat wij vanuit het diepste van onszelf aan de ander te bieden hebben, wordt niet altijd begrepen of gewaardeerd. Dan is het zaak om niet te verharden. Blijf toch maar het schoonste en het beste van jezelf geven. Omdat de liefde het verlangt en van jou een schone mens maakt.
Kon je niet één uur met Mij waken?
Marcus 14,37
Als je te communie gaat, maak dan van je linkerhand een troon voor je rechterhand, die de Koning moet ontvangen, en maak een kommetje van je rechterhand om het Lichaam van Christus te ontvangen, en zeg: Amen. Heilig dan je ogen door de aanblik van zijn lichaam. Zorg dat je geen kruimel verliest, want als je gouden schilfers zou krijgen, zou je ze dan niet met de grootste zorg bewaren om geen milligram te verliezen? Als je dan van het lichaam van Christus hebt gegeten, drink dan de beker met zijn bloed. [...] En terwijl je wacht op het gebed, dank je God die je zulke grote geheimen waardig heeft geacht.
Cyrillus van Jeruzalem, Catecheses mystagogiques, Éd. du Cerf, collection Sources Chrétiennes, nr. 126, pp. 170-173
Vader, als het mogelijk is, laat deze beker dan aan mij voorbijgaan! Maar laat het niet gebeuren zoals ik het wil, maar zoals u het wilt.
Matteüs 26, 39a
Heilige Vader, bewaar hen door uw naam, de naam die u ook aan mij gegeven hebt, zodat zij één zijn zoals wij één zijn.
Johannes 17, 11b
Jij hebt je leven gegeven
Je gaf je leven
als brood op de tafel,
gebroken en uitgedeeld,
zodat ieder,
met open hand en hart,
het kan ontvangen
en zich voeden.
Je gaf je leven als wijn,
uit de beker gegoten en geofferd,
zodat ieder,
met open mond en hart,
het kan aannemen
en zich in verheugen.
Jij hebt alles gegeven, Heer Jezus,
en in je leven, gegeven als brood en wijn
kan de hele wereld proeven
van de liefde van God
eindeloos vermenigvuldigd
voor alle kinderen op aarde.
Hier zijn we Heer,
we strekken onze handen en harten naar jou uit!
Charles Singer